Hier vindt u meer informatie over de cursus streektaal en streekcultuur, en het inschrijfformulier.

> lees meer over de cursus
> schrijf je in voor de cursus

Auteurs uit
Steenwijk (Steenwiek)

Gerard Rutger Buisman

Gerard Rutger Buisman (Steenwijk, 17-05-1952 – Steenwijkerwold, 01-08-2011) was dertig jaar leraar op o.a. de RSG te Steenwijk. Hij studeerde aan het Stedelijk Conservatorium in Zwolle en noemde zichzelf het liefst troubadour. Hij schreef en componeerde zijn eigen liedjes. Steenwijk en Steenwijkerland speelden daarin een belangrijke rol, zoals te horen valt op de CD Stenovicum (2000), ontstaan tijdens de gemeentelijke herindeling, met liedjes over Blokzijl, Vollenhove, Kalenberg en Blankenham: het dialect klinkt per plaats steeds net iets anders.

Buisman was ook een verteller. 'Verhalen en liedjes zijn opgenomen in de bundel Troubadour; vertellechies' (2005). Hij promootte de streektaal, richtte het streektaalblad op Hei-j ’t zel ‘elezen? in en om d` Olde Veste; met bijdragen als: Steenwiekerwoordenlieste, Steenwieker uutdrokkingen en Steenwieker bi´jnaemen. Het blad is uitgegeven tot 2005,

Buisman bracht in totaal zeven CD-albums uit en een dvd-serie ‘Steenwijkerland’ (2003-2004).  Verschillende liedjes zijn te beluisteren op Youtube. In 1999 richtte Buisman met zijn twee zoons, zwager en enkele vrienden de band Skuld op. Wegens ziekte van Gerard Rutger moest de band na een jaar alweer stoppen. Later produceerde en presenteerde hij diverse programma’s voor de lokale omroep en voor RTV Oost. In het project ‘Mooi Overijssel’ (CNR Entertainment / RTV Oost, 2006. 3 dvd-video's ) hebben Gerard Rutger Buisman en Wilma Dijksma ‘De kop van Overijssel’ voor hun rekening genomen.

Echtgenote/weduwe Alie Buisman-Heinhuis is lid van het cabaretgezelschap Steenwijker Krentekadettie en krijgt de lachers gemakkelijk op haar hand.

Dochter Sarah Buisman zong het titellied van het dialectmuziekproject Uutspreken (IJsselacademie, 2006. 1 cd). 

Klik hier voor de biografie en de bibliografie van Gerard Rutger Buisman.

Aart Keizer

Aart Keizer (Steenwijk, 24-11-1948) is actief betrokken bij het toneel, de muziek en het cabaret  in Meppel en Steenwijk. Met Gerard Rutger Buisman, Hans Bogers en anderen vormde hij rond 1986 een cabaret-muziekgroep die optrad met luisterliedjes in het Steenwijks en Nederlands. Onder de naam Eppe de Snoeverd  was hij lid van de cabaretgroep Fragment en maakte de cd Mooi en lillijk (2000). Op een melodie van Paul McCartney schreef Keizer de tekst van het ‘volkslied’ 'Steenwieker Toorn'. Dat is, gezongen door Gerard Buisman, opgenomen op de cd Mooi en Lillijk.

Mieke Kok, Erik Werkema en Aart Keizer treden als Twee Mannen en Één Vrouw op met covers en liedjes van verlangen, in het Nederlands en in streektaal.

Bron: Olde Veste.nl

Gerard Gorkink

Gerhard Gorkink (Wijhe, 15-04-1827 – Steenwijk, 20-11-1913) was rond 1875 hulponderwijzer aan de Walschool van meester H. van Dalfsen. Hij schreef de ballade: 'Hael op as it bit', opgenomen in Van de Schelde tot de Weichsel; Nederduitsche dialecten in dicht en ondicht, deel 1; (Groningen, Wolters, 1906, 2e druk, p. 538-544, of 590 t/m 596).

Hael op as ’t bit begint met: ‘Een aordig stokkien nao te geven, / Awwe wel op onze  liesien staon; / Maor deur te wikken en te wegen / Is ons de tied veurbij 'egaon. / En om oe zoo neet weg te sturen / En wat te geven veur oen geld, / 'Ewwe Mit mekāānder goed 'evunnen, / Dat oe deur mij wat wordt verteld (…).

Pieter Heering

Pieter Heering (Enkhuizen, 7-02-1838 - Den Haag, 7-12-1921) was van 1862 tot 1868 een ‘moderne’ Nederlands Hervormde predikant te Steenwijkerwold, ‘waar men spoedig bemerkte, dat vrijere denkbeelden de vroomheid niet in den weg hoeven te staan. Toen hij in 1868 huwde, en - om te kunnen leven - naar Indië ging, viel het afscheid aan beide zijden zwaar.’

Op Java schreef Heering novellen waarin hij zijn ervaringen uit de tijd dat hij predikant was te Steenwijkerwold heeft verwerkt. Daarin zijn de vele gesprekken in de streektaal. Hij schreef vele verhalen: een voorbeeld hiervan is Overijsselsche vertellingen (Leiden : Brill, 1883), waarin  zes dorpsvertellingen. 

Bron: Over ‘Pieter Heering en zijn Overijselsche Vertellingen’ schreef H. Scholtmeijer in: Historische Mededelingen. 2012-4

Albert Smit

Albert Smit (Steenwijk, 05-12-1848 – 06-08-1935) was heel lang de enige streektaalschrijver van formaat in Noord-west Overijssel. Hij had ook een goed Overijssels gevoel voor humor. Albert Smit was drukker, boekhandelaar en uitgever van de Steenwijker Courant. Hij schreef de roman 'In de veenderij' , opgenomen in Elsevier's geïllustreerd maandschrift (Jrg. 5, 1895. p. 521 – 541). Dat is een verhaal dat speelt in de 19e eeuw: de rijke Peter Zomers heeft een bloeiende veenderij, maar al gauw beginnen de tegenslagen. De vele gesprekken zijn in streektaal.

Onder het pseudoniem Joris Goedleven publiceerde Smit in de krant regelmatig Proaties van Joris Goedleven; dialectstukjes over gebeurtenissen in en rond Steenwijk. Het bezeuk van neve Jochem (over’edrukt uut de kraante van Smit, Oct.- Dec. 1901) geeft een levendig beeld van het ‘dynamische Steenwijk’ in die dagen. De stukjes zijn later ook opgenomen in Verzen en schetsen (Steenwijk, H. Spanjaard en A. Smit, 1897-1933), vier bundels met gedichten en verhalen in de Steenwijker streektaal. De verhalen en verzen kregen opnieuw aandacht in Kleinigheden: een dialectische uitgave samengesteld uit de werken van Albert Smit, door Dick Weijdema (Steenwijk: Van Kerkvoorde & Hollander, 1987). Verschillende verhalen zijn opnieuw gepubliceerd in Historische Mededelingen; het kwartaalblad van de Historische Vereniging Steenwijk en Omstreken. Tenslotte schreef Albert Smit nog het geschiedenisboekje Uit Steenwijk’s Verleden (1931).

Bron: Historische Mededelingen, 1984, no. 2, p. 46-53, SW p. 60.

Toon Kamp

Antonie Willem (Toon) Kamp (Meppel, 2-2-1879 – Amsterdam, 9-11-1945), notariszoon, jurist en letterkundige, bracht zijn jeugd door in Steenwijk. Kamp was daar van 1905 tot 1911 advocaat en procureur, daarna in Den Haag. Hij ontwikkelde zich als voordrachtskunstenaar en schrijver van toneelspelen en novellen. Hij was populair onder de Steenwijkers en schreef niet alleen over Steenwijk, maar ook over de omliggende gebieden verhalen en gedichten. Het zeer gewaardeerde openluchtspel Houdt Steenwijk, deels in de streektaal, deels in het Nederlands, beschrijft het verraad van Rennenberg in 1580. Een komisch intermezzo uit het openluchtspel over 1813, met een woordenwisseling tussen een Franse kapitein en een Steenwijker die elkaar niet verstaan, is gepubliceerd in Driemaandelijksche Bladen, jaargang 13, 1913, p. 78 t/m 83. In het openluchtspel De Hunebedden, dat op 28 augustus 1928 werd opgevoerd in Park Rams-Woerthe, klonk Het lied van Jannao en Rensevoor, met de beginregel: ‘Waorom mag ik niet mit heur naor Sevene gaon’. Dat werd later opnieuw gebruikt door Didy Musch.

De familie Kamp bezat in natuurgebied de Kikkerij een boerderij met herenkamer, waar de familie van de natuur en de jacht genoot. Hieraan refereert Kamp in het in 38 coupletten geschreven streektaalgedicht De eeuwige jäger; gedicht over de belevenissen van een wildjager, opgenomen in Historische Mededelingen, jrg 13, 1996, no. 2, p. 47-52.

Lees ook: ‘Een Steenwijker dichter: Mr. A.W. Kamp’. In: Historische Mededelingen, jrg 13, 1996, no. 1, p. 15-19.

Bron: Olde Veste.nl

Pé Plat

Petrus Johannes (Pé) Plat Gzn (Thij, 15-02-1900 – 24-06-1959) was timmerman en volksdichter, en woonde zijn leven lang in zijn geliefde Thij naast de zuivelfabriek. Pé Plat schreef in de taal van Steenwijkerwold. Hij was een echte volksdichter, die zijn rijmpjes zelfs op straat aan kinderen voordroeg. Pé Plat schreef over gebeurtenissen, historische feiten en legenden van Steenwijkerwold in de rubriek 'Weet u…' in de Kraante van ’t Wold (1959-’60, nrs 36 t/m 46) en Witte raven in Steenwijkerwold (1959-1961).

Verschillende verhalen zijn opnieuw gepubliceerd in Historische Mededelingen; het kwartaalblad van de Historische Vereniging Steenwijk en Omstreken: 'De pompe van Theij' (jrg. 1, 1984, no. 1, p. 2931), 'Riemprentte van de olde wallen', of 'Steenwijkerwold ik hol van joe', (jrg. 3, 1986, no. 4, p.1214), Acht afleveringen over de geschiedenis van Steenwijkerwold: 'Witte raven in Steenwijkerwold' (1984. No.1, p. 29; SW p. 381), en 'Een alledegse dag uut mien jeugd'. (jrg 9, 1992, no. 1, p. 37).

Meer over Pé Plat en zijn werk in de streektaal in het artikel: ‘Uit het Warkschrift-archief. De timmerman/dichter Pé Plat.’ In: IJsselacademie jg. 27 (2004), p. 111-114

Roelof Pit

Roelof Pit (Steenwijk, 5-04-1913 – Meppel, 7-11-2005), onderwijzer en schoolhoofd in Onna, later in Amersfoort, was een gedreven voorstander van de Steenwijker streektaal en schreef Een alledegse dag uut mien jeugd en artikelen in de Oprechter Steenwijker Courant. Het verhaal 'De toren vertelt' is opgenomen in Thuus; verhalen uit heel Overijssel, (Kampen; IJsselacademie, 1992). Het begint als volgt: ‘Het duurde eel lange eer ik volwassen was. Zo ’n kleine vieftig jaor. In 1511 kreeg ik eenmooien olten spits. Wat was ik daor bliede mit. Ik stond daor te pronken as een koninginne.’

Bron: Historische Mededelingen, 1992 nr.1, p. 3-7, en Olde Veste.nl

Simone van Engelsen

Simone van Engelen woont in Baars en is schoolleider van de Protestants Christelijke Immanuëlschool in Steenwijkerwold. Als Hendrika Huusman treedt ze sinds 2013 op met een cabaretprogramma in de streektaal van haar woonplaats. Als Hendrika vertelt ze over de auditie die ze deed bij John de Mol, de schoenen en kleren die ze daarvoor kocht en het nummer waarmee ze optrad.

Historische Mededelingen

Historische Mededelingen; Officieel orgaan van de Historische Vereniging Steenwijk en Omstreken publiceert regelmatig verhalen en gedichten in de streektaal van de stad en omgeving, zoals:- Jan van der Knokke, Poddejak (jrg 29, 2012, no. 3, p. 104).- K. Ouwehand, Kiek uut, het peertien van List! (jrg 19, 2002, no. 1, p. 32-34), een impressie van de Julianastraat en omgeving in de jaren 1950-1960.- D. Musch,(pseudoniem van Thomas Vos) Ramswoerthe de Tuun (jrg 3, 1986, no. 1, p. 2021). Een liedje met refrein in steektaal over het park Rams Woerthe te Steenwijk.- K.D. Prins, Mennolinde op Sangerland (jrg 13, 1996, no. 1, p. 20-23).- W. Scheenstra, Triene de Katte (jrg 12, 1995, no. 4, p. 131-134). Een volksverhaal in Steenwijker streektaal over Trijntje de Groot, bijgenaamd Triene de Katte, die leefde in de 19e eeuw achter de Putgang bij de Grote Kerk, waar zij volgens de overlevering ’s nachts rondspookte.- F. ten Veen, De Waln (jrg 16, 1999, no. 4, p. 128). Gedicht in streektaal over de stadswallen.

Bron:Mijn stad, mijn dorp.nl

Jacob Jan Spa

Jacob Jan Spa (1939-), oud-Vollenhovenaar en taalkundige die wetenschappelijk onderzoek deed naar het dialect van verschillende plaatsen in West Overijssel, waaronder Steenwijk. Dat resulteerde o.a. in:  ‘De dialecten van Kallenkote, Steenwijk en Steenwijkerwold : klank- en vormleer  (IJsselacademie, 2004. 184 p.), met een overzicht van de uitspraak en de grammaticale verschijnselen, en ‘Steenwieks: het Steenwijker dialect’, opgenomen in: ’Steenwijk Vestingstad’ (2009, p. 163-178).

Roel Jonkers

Dr. Roel Jonkers (Onna, 14-08-1969) bezocht het gymnasium te Steenwijk en studeerde Nederlandse Taal- en Letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen; afstudeerrichting Psycholinguïstiek (1987 – 1993) en is daar sinds 2014 Universitair hoofddocent bij de afdeling Taalwetenschap van de Faculteit der Letteren. Samen met R. Grijpstra schreef hij de scriptie ‘Hoeveule woord'n kent ze nog under de Steenwieker toorn: een onderzoek naar het Steenwijker dialect’ (Groningen, Rijks Universiteit, 1989, 17 p.)

Gjalt Meijer.

Gjalt Meijer is in 1945 geboren in Steenwijk. Hij kan zowel spreken als schrijven in de Steenwijkse streektaal, al vergde dat laatste eerst wel wat moeite. Zijn verhalenbundel  Old en ni´j; vertellegies van toen en now uut ´t leêm van Gjalt Meijer is in ´t Steenwieks opgeschreven door Frans Keizer. (Steenwijk, eigen uitgave, 2012, 100 p.). Verhaaltjes uit het dagelijks leven die zich voornamelijk in en rond Steenwijk afspelen.

Bron: In de Kop

Giel van der Kamp

Giel van der Kamp ofwel Giele van de Kaampe (speudoniem dat tot nu toe niet is opgelost), noemt zichzelf een rasechte Steenwieker. Twee korte verhaaltjes ‘De Kaampe’ en ‘Winter tweeduuzendtwalf’ staan op http://www.steenwiek.nl/dialect.html, en het door hem voorgelezen verhaal ‘Gait de Gosse gong vier keer dood’ is te beluisteren  op: http://www.allesplat.nl/home/gedichten/. (een programma van RTV Oost, uitgezonden op 22-11-2011).

Jeannet Skoapman (Schaapman), ooit getrouwd met Giele van der Kamp, schrijft in ‘Een Gelukkeg Ni’j joar met Jante’ (Breman.Net, 4 januari 2010) over haar slechte ervaringen met hem als echtgenoot.

Giele van de Kaampe reageert daar weer op (http://domineevandorsten.nl/): ‘Ook heb ik een luisterend oor voor de emoties van Jeannet Skoapman, Jeannet zit vol met onuitputtelijk wrok….’

Giel laat niets meer van zich horen en hult zich, evenals Dominee Van Dorsten, al enkele jaren in anonimiteit.

Geja Kinds

Geja Kinds, docent en projectleider studiekeuzegesprekken aan de Stenden Hogeschool te Leeuwarden, publiceerde Een bossie uien en een kilo jappels : wat wel en wat niet verandert in het West-Overijssels (Groningen : Stichting Sasland / Kampen : Stichting IJsselacademie, 2001. 70 p. )

Karrespoor

 Karrespoor is een mannenkoor uit Tuk, dat in café De Karre het plan opvatte om boerenliedjes te maken. Aan het begin van de jaren '90 verwierf het twintig man sterke zangkoor daarmee landelijke bekendheid. De eigen teksten en muziek zijn vooral gemaakt door Marco Hof en Richard van der Zee. CD-singles: "Mooi man /Wil-hein-mus" (199?). "Koekalverij / Lekker op de trekker" (199?). "Een boer in love / Strobaaldag" (1993). CD's:"Onbegriepuluk" (1991). "Ontspoort!" (1993). "Hollands glorie" (2002).

Kniggien

Kniggien (pseudoniem van Jan T. Mateboer; Genemuiden, 26-08-1950), woont in Steenwijk. Hij maakt teksten voor country- en bluesnummers, via youtube te beluisteren bij 'The Onnegiesstreet blues' (de straatnaam is een mooie verwijzing naar Steenwijk) . Mateboer publiceert als Kniggien regelmatig gedichten in de streektaal op social media.

Het gedichgien Evelien, waor zol ze toch ‘ebleêm weên? is uitgezonden 08-02-2012 door Alles Plat! een project van RTV Oost,e.a., evenals Golden korrels (04-01-2012) en  Mannus Muk, besteet ie ech? (16-01-2012) dat ook te beluisteren is onder de rubriek gedichten op www.allesplat.nl

Enkele andere gedichten zijn: Dat Diepe Donkere Gat, Was ik nog maor dat jongien en Aarte en Ziele (29-02-2012), maar hij schreef veel meer. Kijk daarvoor op www.domineevandorsten.nl/test

Kniggien 21-03-07 17:33:17 op: http://www.tboek.nl/gastenboek/buisman/4/

‘t-Is een lange lange weg naor Steenwiek
Moar aj dur dan ook een keer bin
Dan kuj un bulte mit ze belee’m
En teeg’n spreek’n ef gien enkele zin
‘t-Is een lange weg noar Steenwiek

‘t-Is een lange lange weg noar Steenwiek
’d ‘H-ondn’ ‘h-ang’n oe zo an de piepm’
Terogge blaf’m ef gien enkele zin
‘T-is enkel moar dat aj’t goed begriepm’
‘t-is een lange weg noar Steenwiek 

‘t-Is een lange lange weg noar Steenwiek
‘ Wie aj ook bin, ‘h-ol oe zelf in toom
En teeg’n spreek’n ef gien enkele zin
Ze knupm’ oe op an de ‘H-oogste boom
‘t-Is een lange weg naor Steenwiek

‘t-Is een lange lange weg noar Steenwiek
Moar aj dur dan ook een posien bin
En ie ‘h-oln’ oe an de Steenwieker wet
En doe veural normaal en proat gien onzin
Want aanders woj dur zo weer uut ezet
Ja ‘t-is een lange weg noar Steenwiek

Sarah Buisman

Sarah Buisman, dochter van Gerard Buisman, zong tijdens de herdenkingsbijenkomst rond de theekoepel in Rams Woerthe in augustus 2012, op gitaar begeleid door haar broer Arak,  When you're gone', een ode aan haar vader, geschreven op zijn sterfbed. De bijeenkomst was georganiseerd door De Muziekmakerij, met Gerards vaste zangpartner Wilma Dijksma als rode draad. De 'varssies en vertellechies' kwamen in geregisseerde volgorde voorbij. Tekst en muziek uit het bloemrijke oeuvre van Gerard Rutger Buisman. Alleen hij zong ze zo. Met die sonore, bronzen stem waarin verdriet en hoop besloten lagen.

Bron: De Stentor, 13 augustus 2013